De geheime trucjes van een fietsendief.

“Een gepensioneerd commissaris legde ooit uit hoe je je fiets optimaal beschermt.

‘Heel simpel’, zei hij, ‘je moet er gewoon alles voor doen opdat een fietsendief jouw fiets laat staan en een andere meeneemt.’ Grappig natuurlijk, maar hij heeft een punt. Maak het de dief zo moeilijk mogelijk, dat is een goed begin.”

Tips van een fietsendief (tegen diefstal) #

• Je hebt altijd twee sloten nodig. Met je standaard ringslot zet je je achterwiel vast. Daarnaast gebruik je een degelijk ART-slot: een kettingslot, beugelslot of vouwslot, minimum twee sterren. Zet daarmee je frame én je voorwiel vast aan een fietsenrek, gebouw of paal.
  
  
• Plaats je slot ter hoogte van je ventiel, als er te brut aan het slot wordt getrokken is er de kans dat het ventiel breekt en de fiets met een lekke band staat. Een dief heeft echt geen zin om eerst nog herstellingen uit te voeren voor deze verder te verkopen.
  
  
• Laat je je fiets voor een tijdje achter, zet die dan altijd vast aan een officieel fietsenrek of een plaats waar dat zeker toegelaten is. Anders gaat niet de fietsendief maar de gemeente of de politie met je fiets lopen. 
  
  
• Als automobilist ben je al blij als je je auto op 400 meter van je bestemming kan parkeren, maar als fietser ben je pas tevreden als die recht voor de deur staat. Dus zijn alle plekken daar vaak bezet. Trap niet in de val van het gemak om je fiets er onbeschermd bij te zetten. Zoek iets verderop een plaats waar wel een stalling vrij is en zet je fiets daar goed vast.?
  
  
• Vandaag bestaan er ‘track & trace’-chips, zodat je de locatie van je fiets op afstand kan tracen. Handig als je fiets wordt gestolen. Maar het is ook het eerste wat de fietsendief eraf slijpt natuurlijk. Gebruik je zo’n chip, moet die echt ingebakken zijn in het frame, of goed verborgen voor het oog.